Grondslagen voor de waardering van activa en passiva

Algemeen

Voor zover niet anders vermeld, zijn activa en passiva in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en de waarde ervan betrouwbaar kan worden vastgesteld. De activa en passiva worden indien mogelijk gewaardeerd tegen de reële waarden. Indien dit niet mogelijk is wordt de alternatieve waarderingsgrondslag toegelicht.

Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van onvolwaardigheid op de betreffende activa worden in mindering gebracht. In vreemde valuta luidende bedragen worden omgerekend tegen de koersen per balansdatum. Dit heeft uitsluitend betrekking op beleggingen. Valutaverschillen worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. De rapportagevaluta van de jaarrekening is de euro.

Bestemming van het resultaat 2017

In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 20 april 2018 is besloten € 6.511.000,- uit te keren als dividend. Dit in lijn met het reserverings- en dividendbeleid en rekening houdend met een voor de vennootschap toereikend geachte solvabiliteit. Het resultaat is toegevoegd aan de overige reserves.

Voorstel voor bestemming van het resultaat 2018

De Raad van Bestuur heeft, onder goedkeuring van de Raad van Commissarissen, voorgesteld 30% van het operationeel resultaat na belastingen, beschikbaar te stellen als dividend en het resterende gedeelte van het resultaat na belastingen te reserveren. Dit betekent dat een bedrag van € 3.662.000,- (€ 0,36 per aandeel) ter beschikking staat van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Voorgesteld wordt het bedrag van € 3.662.000,- uit te keren als dividend en dit op 24 mei 2019 betaalbaar te stellen.

Oprichting

In het boekjaar heeft Bovemij N.V. samen met BOVAG Daisy B.V. de volgende vennootschap opgericht:

Per 2 januari 2018:

  • BOVAG Bovemij Platform B.V.;

statutair gevestigd te Nijmegen (50%)

Fusie

Op 9 april 2019 fuseert Bovemij Intermediair Holding B.V. als verdwijnende vennootschap met N.V. Schadeverzekering-Maatschappij Bovemij. De fusie vindt economisch met terugwerkende kracht plaats vanaf 1 januari 2018. Omdat het een fusie betreft binnen de consolidatiekring van Bovemij N.V. heeft deze geen invloed op de jaarrekening van Bovemij N.V.

Immateriële vaste activa

Software

De gekochte software (licenties) en zelf ontwikkelde software onder de immateriële activa worden gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen.

Uitgaven in verband met de ontwikkeling van software, die intern wordt gebruikt of toekomstige economische voordelen genereert en die de vast te stellen kosten overtreft, worden opgenomen als immateriële vaste activa en afgeschreven over de geschatte gebruiksduur.
De geactiveerde kosten betreffen de personeelskosten van softwareontwikkeling en de toerekenbare overheadkosten. Uitgaven in verband met het onderhoud van software worden als kosten genomen in de periode waarin ze worden gemaakt.

Afschrijving van software wordt berekend op lineaire basis, afhankelijk van de geschatte gebruiksduur, vanaf de datum waarop ze in gebruik zijn genomen. De geschatte gebruiksduur voor software is drie tot vijf jaar of een kortere periode als de licentieperiode korter is dan drie jaar.
De geactiveerde kosten voor software wordt jaarlijks op basis van de resterende gebruiksduur getest op indicaties voor bijzondere waardevermindering. Bijzonere waardeverminderingen worden voornamelijk veroorzaakt door het stoppen van de verkoop of het gebruik van de software.

De geactiveerde kosten voor software wordt jaarlijks op basis van de resterende gebruiksduur getest op indicaties voor bijzondere waardevermindering. Bijzonere waardeverminderingen worden voornamelijk veroorzaakt door het stoppen van de verkoop of het gebruik van de software.

Beleggingen

Terreinen en gebouwen

De gebouwen en terreinen worden gewaardeerd op marktwaarde. Om dit accuraat vast te stellen vindt ten minste iedere drie jaar een taxatie door externe deskundigen plaats. Tevens vindt er jaarlijks op de balansdatum een beoordeling van de marktwaarde plaats. De gebouwen zijn gewaardeerd tegen de getaxeerde onderhandse verkoopwaarde onder voortzetting van de lopende huurovereenkomsten.

Kosten ter instandhouding van het onroerend goed worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord. De gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen worden direct ten gunste of laste van het resultaat gebracht. Waardemutaties worden tevens opgenomen in de herwaarderingsreserve. Ook wordt er rekening gehouden met de belastinglatenties.

Gebouwen in aanbouw worden gewaardeerd tegen kostprijs en bij ingebruikname herwaardeerd tegen marktwaarde.

Overige financiële beleggingen

Financiële instrumenten

Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten, zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. Voor de grondslagen van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de toelichting op de balanspost.

Aandelen en obligaties

Waardering van aandelen- en obligatiefondsen geschiedt op marktwaarde. Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverschillen komen volledig ten gunste of ten laste van het resultaat van het boekjaar. De gerealiseerde waardeverschillen worden bepaald door de verkoopopbrengst te verminderen met de marktwaarde bij aanvang van het boekjaar.

Hypotheken

De waardering van het hypotheekbeleggingsfonds geschiedt op marktwaarde, welke ten minste eenmaal per maand wordt vastgesteld. Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverschillen komen volledig ten gunste of ten laste van het resultaat van het boekjaar. De gerealiseerde waardeverschillen worden bepaald door de verkoopopbrengst te verminderen met de marktwaarde bij aanvang van het boekjaar.

Uitstaande leningen

De uitstaande leningen worden gewaardeerd op de nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor mogelijke oninbaarheid.

Vorderingen

De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht.

Vorderingen uit co-assurantie

De vorderingen uit co-assurantie hebben betrekking op de gezamenlijk met N.V. Schadeverzekering Metaal en Techniek uitgevoerde WIA-verzekering voor de BOVAG-branche en de NVKL-branche. De beleggingen behorende bij deze verzekering zijn ondergebracht bij N.V. Schadeverzekering Metaal en Technische Bedrijfstakken en zijn economisch eigendom van Bovemij.

Vorderingen uit hoofde van financial lease

Bij vorderingen uit hoofde van financial lease zijn nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico’s en voordelen overgedragen aan de kredietnemer. Deze contracten worden verantwoord als financieel actief tegen een bedrag gelijk aan de contante waarde van de minimale leasebetalingen. Dit is inclusief gegarandeerde restwaarde en de niet-gegarandeerde restwaarde zoals die aan de onderneming toekomt, na aftrek van eventuele cumulatieve waardeverminderingen. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor dubieuze debiteuren worden verantwoord onder de post debiteuren.

Direct toerekenbare kosten zijn inbegrepen in de initiële bepaling van de financiële leasevorderingen. Het verschil tussen de bruto-investering in de lease en de contante waarde van de invorderbare minimale leasebetalingen is onverdiende interest en wordt over de looptijd van de lease verantwoord tegen een constant rendement op de netto-investering in de financiële lease.

Overige activa

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa zijn gewaardeerd op basis van historische aanschaffingskosten verminderd met lineaire afschrijvingen, welke zijn gebaseerd op de verwachte economische levensduur en rekening houdend met bijzondere waardeverminderingen.

De afschrijvingstermijnen zijn als volgt:

  • Inrichting gebouwen en kantoorinventaris: 5 - 10 jaar

  • Informatieverwerkende systemen: 5 jaar

Vervoermiddelen worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en een eventuele residuwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming.

Overlopende activa

Overlopende acquisitiekosten

De overlopende acquisitiekosten worden nominaal gewaardeerd en betreffen de nog verdiend te maken acquisitiekosten. De acquisitiekosten worden evenredig verdiend gemaakt over de looptijd van de polis.

Eigen vermogen

Herwaarderingsreserve

Waardeverschillen die ontstaan bij herwaardering van tegen actuele waarden gewaardeerde beleggingen, worden via de winst-en-verliesrekening verwerkt. Voor zover ongerealiseerde waardevermeerderingen betrekking hebben op beleggingen waarvoor geen frequente marktnotering beschikbaar is, zal een herwaarderingsreserve worden gevormd ten laste van de algemene reserve. Hierbij wordt rekening gehouden met de latente belastingverplichting.

Aandeel derden

Het aandeel derden heeft betrekking op het eigen vermogen in een geconsolideerde entiteit voor zover deze niet toe te rekenen is, direct of indirect, aan Bovemij N.V.

Achtergestelde leningen

De achtergestelde leningen betreffen hoofdzakelijk leningen voor autofinancieringen gestort door leasemaatschappijen en hebben een achtergesteld karakter ten opzichte van de schulden aan kredietinstellingen. De achtergestelde leningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.

Technische voorzieningen

Toereikendheidstoets

Jaarlijks voert Bovemij een toets uit naar de toereikendheid van de balanswaarde van de voorzieningen. Hiertoe wordt een toetsvoorziening vastgesteld. Deze toetsvoorziening is een benadering van de marktwaarde van de verplichtingen, waarbij rekening wordt gehouden met onzekerheidsmarges en sluit waar mogelijk aan op de Solvency II best estimate voorziening. Er wordt gebruikgemaakt van gangbare actuariële methoden.

Technische voorzieningen voor niet-verdiende premies en lopende risico’s

De voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico’s betreft onverdiende brutopremies ultimo boekjaar na aftrek van het aandeel van de herverzekeraars. Bij consumentenverzekeringen wordt deze post in verband met initiële kosten voor een deel direct verdiend gemaakt, waarna het restant evenredig wordt verdeeld over de looptijd. Bij overige verzekeringen wordt de premie verdiend gemaakt naar evenredigheid van de nog niet verstreken risicotermijnen. De voorziening is nominaal opgenomen. Ongevallen- en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen zijn, gezien het langlopende karakter, tegen contante waarde berekend.

Technische voorzieningen voor te betalen schaden

De voorziening voor te betalen schaden betreft het geschatte deel van de gemelde, maar nog niet afgewikkelde schaden. Tevens zijn voorzieningen voor schaden opgenomen die per balansdatum wel zijn voorgevallen, maar nog niet bij de verzekeraar zijn gemeld (IBNR), alsmede voor mogelijke mutaties in wel gemelde maar nog niet afgewikkelde schaden (IBNER). De omvang van dit deel van de voorziening wordt geschat op basis van actuariële schade-uitloopanalyses. Bij het uitvoeren van deze analyses wordt rekening gehouden met verwachte subrogatie en de verkrijging van het eigendom van verzekerde zaken. De actuariële analyses ten behoeve van de voorziening worden in het bijzonder gebruikt om de uiteindelijk verwachte kosten te schatten van complexere claims die door zowel in- als externe factoren (zoals schadebehandelingsprocedures, inflatie, veranderingen in wet- en regelgeving, gerechtelijke uitspraken, historie en trends) kunnen worden beïnvloed.

De te regresseren schaden en het aandeel herverzekeraars zijn op de voorziening in mindering gebracht. De voorziening voor de interne kosten van de schadeafhandeling van nog af te wikkelen schaden is opgenomen tegen nominale waarde en is aan de voorziening voor te betalen schaden toegevoegd.

Overige technische voorzieningen

De overige technische voorzieningen bestaan uit een voorziening voor schadebehandelingskosten en het aandeel in de schadereserve van het Waarborgfonds Motorverkeer.

Voorzieningen

Voorzieningen voor belastingen

De voorziening voor latente belastingen betreft de latente belastingverplichtingen ter zake van de bestaande fiscale waarderingsverschillen en heeft een overwegend langlopend karakter. De verschillen komen voort uit beperkt aftrekbare kosten, investeringsaftrek en energie-investeringsaftrek. De voorziening is bepaald op basis van het nominale belastingtarief geldend in de jaren waarin de waarderingsverschillen naar verwachting zullen worden gerealiseerd. Het nominale belastingtarief is 25,0% tot en met 2019 en zal aflopen naar 22,55% in 2020 en 20,5% vanaf 2021.

Overige voorzieningen

De overige voorzieningen hebben betrekking op de entiteiten Care4Lease en IsHelder en zijn gevormd ten behoeve van te betalen cascoschaden van gefinancierde voertuigen waarvan Bovemij het juridisch eigendom heeft, maar waarvan het cascorisico niet extern is verzekerd.

Overige schulden

Schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen.