Evaluatie functioneren

In 2018 zijn de Raden van Commissarissen opnieuw ingericht om te voldoen aan de eisen die vanuit het solotoezicht worden gesteld. De Raden van Commissarissen hebben frequent overleg gevoerd over de gewijzigde inrichting en de daarbij passende onderlinge rolverdeling. In de tweede helft van 2018 zijn de Raden van Commissarissen en ook de agenda’s en vergaderingen gesplitst. In het najaar van 2018 zijn de Raden van Commissarissen geconfronteerd met een compliancemelding die veel tijd en zeer frequent overleg van alle leden van de Raden van Commissarissen heeft gevraagd, in het bijzonder van de voorzitter. Om die reden heeft de Raad van Commissarissen besloten de evaluatie van haar functioneren en van het functioneren van individuele commissarissen uit te stellen tot in 2019. Hiermee wordt afgeweken van best practice bepaling 2.2.6 van de Corporate Governance Code, waarin wordt aanbevolen ten minste eenmaal per jaar het eigen functioneren van de Raad van Commissarissen en dat van individuele commissarissen, buiten aanwezigheid van de Raad van Bestuur te evalueren.

Daarnaast beveelt de Corporate Governance Code in best practice bepaling 2.2.7 aan om ten minste eenmaal per jaar buiten aanwezigheid van het bestuur zowel het functioneren van het bestuur als collectief als dat van individuele bestuurders te evalueren. Dit overleg heeft in 2018 meermaals plaatsgevonden, deels in verschillende samenstelling, deels ook in het bijzijn van de grootaandeelhouder BOVAG.

In het voorjaar van 2019 heeft Bovemij een externe partij opdracht gegeven om het besturingsmodel van Bovemij te onderzoeken. De Raad van Commissarissen ziet dit als een natuurlijk moment om vanaf de uitkomsten van dit onderzoek een jaarlijkse evaluatie van zowel het functioneren van de Raad van Commissarissen en individuele commissarissen als van de Raad van Bestuur en individuele bestuurders uit te voeren.