Toelichting op de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening

Algemeen

Op grond van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, in het bijzonder afdeling 15, zijn de voor verzekeringsmaatschappijen geldende voorschriften voor de jaarrekening toegepast.

De financiële gegevens van de onderneming zijn in de geconsolideerde jaarrekening verwerkt. Alle bedragen in de gepresenteerde tabellen zijn, tenzij anders aangegeven, vermeld in duizenden euro’s. De bedragen in tekstuele toelichtingen staan vermeld in euro's.

De financiële gegevens van de onderneming zijn in de geconsolideerde jaarrekening verwerkt. Derhalve vermeldt de enkelvoudige winst-en-verliesrekening conform artikel 402 Boek 2 BW slechts het aandeel in het resultaat na belastingen van vennootschappen waarin wordt deelgenomen na belastingen en het resultaat na belastingen uit eigen bedrijfsuitoefening.

Activiteiten

Bovemij N.V. (KvK-nummer 10027450), gevestigd te Nijmegen, heeft drie hoofdactiviteiten, waarbij de activiteiten primair zijn gericht op de mobiliteitsbranche. Bovemij verzekert, financiert en verzorgt data-activiteiten via platforms voor mobiliteitsbedrijven en hun klanten.

Continuïteit

Bovemij N.V. heeft een specifieke beoordeling gemaakt van de huidige en toekomstige situatie, inclusief liquiditeit- en solvabiliteitsprognoses voor tenminste de komende twaalf maanden, van de mogelijkheid om de continuïteitveronderstelling te handhaven. Op basis van deze beoordeling is Bovemij van mening dat er geen gerede twijfel bestaat ten aanzien van de continuïteitsveronderstelling die aan deze jaarrekening ten grondslag ligt.

Presentatiewijzigingen

De in deze jaarrekening ter vergelijking opgenomen cijfers over 2021 zijn, waar nodig, ten behoeve van het
inzicht gerubriceerd en toegelicht. De Voorzieningen voor latente belastingen is ten behoeve van het inzicht gesplist in een actieve en een passieve belastinglatentie.

Gebruik van schattingen en veronderstellingen

De opstelling van de jaarrekening vereist dat Bovemij schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de gerapporteerde activa en verplichtingen en de gerapporteerde baten en lasten voor de verslagperiode. De belangrijkste schattingen betreffen het vaststellen van de [1] verzekeringstechnische en overige voorzieningen, [2] waardering van beleggingen en [3] waardering van vorderingen uit hoofde van financial lease.

De situaties worden hierbij beoordeeld op basis van beschikbare financiële informatie, marktgegevens, ervaring en andere factoren die onder de gegeven omstandigheden als redelijk worden beschouwd. Hoewel deze schattingen met betrekking tot actuele gebeurtenissen naar beste weten van het management worden gemaakt, bestaat de mogelijkheid dat de feitelijke uitkomsten afwijken van de schattingen. Om dit risico te minimaliseren worden de schattingen en onderliggende veronderstellingen jaarlijks beoordeeld en waar nodig herzien. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in de toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Voor de gehanteerde methodiek en aannames bij het vaststellen van de verzekeringstechnische voorzieningen en de waardering van de financiële beleggingen wordt verwezen naar de paragrafen ‘Technische en overige voorzieningen’,  ‘Beleggingen’ en 'Vorderingen uit hoofde van financial lease' in de toelichting op de balans.

Schattingswijzigingen

In de jaarrekening van 2022 is ten opzichte van 2021 de volgende schattingswijziging opgenomen:

  • Jarenlang bedroeg de prijsinflatie zich grofweg in de range 1%-2%, mede door het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) dat zich richt op een lange termijn inflatie van 2%. Vanaf het najaar van 2021 is de inflatie echter sterk opgelopen. Deze hoge inflatie zorgt voor hogere kosten, zowel van interne kosten als van schadebetalingen, bij de verzekeringsportefeuille van Bovemij N.V. Bovemij N.V. beschouwt deze hoge inflatie als een uitzonderlijke omstandigheid en heeft er daarom voor gekozen om haar technische voorzieningen te verhogen in verband met deze hoge inflatie. De schadevoorziening, ná verhoging, bevindt zich in het midden van de bandbreedte uit de toereikendheidstoets. Hiertoe is de IBNER-factor voor schadevoorzieningen verhoogd, met een totale impact van € 4.320.000.